zaterdag 29 april 2017

Lurken


Zij die wel eens bij mij aan tafel hebben gezeten kunnen het onderstrepen. In gezelschap weet ik mij echt wel te gedragen. Wanneer ik alleen thuis ben zal ik daarentegen de volle, grote glazen of bekers in één of twee teugen naar binnen klokken. Daartoe heb ik een mijns inziens acceptabele verklaring.

Wanneer ik thuis ben zit ik zeer regelmatig, lees: vrijwel altijd, achter mijn laptop. Onderwijl het digitale even laten voor wat het is om een slok drinken nemen is uiteraard mogelijk, maar omslachtig. Gedoe! Uit praktisch oogpunt beperk ik het pendelen tot een minimum. Ter verduidelijking: daar waar vrouwen met gemak twee dingen tegelijk schijnen kunnen te doen en mannen niet, ben ik helaas de laatste die het tegendeel kan bewijzen. Oftewel: in mijn rolstoel kan ik maar één ding tegelijk.

De afgelopen twee weken heb ik door omstandigheden niet zelfstandig kunnen drinken. Nog meer afhankelijkheid, behoorlijk frustrerend! Het pakket aan hulpverzoeken om mij door de dag heen te helpen, moest ik uitbreiden. Eigenlijk aanpassen, want ’drinken voor mij klaarzetten’ werd ’drinken aan mij aanreiken’. Met als gevolg dat ik met de billen bloot moest. Ook adl’ers werden getuige van mijn lurken. Om de 5 minuten om hulp vragen voor een volgende slok is namelijk ook geen optie. Warme koffie door een rietje is geen pretje. Als er ‘s ochtends na het ontbijt koffie wordt klaargezet weet ik dat ik na 15 a 20 minuten assistentie moest aanvragen om de nog enigszins warme koffie naar binnen te slaan. Onderwijl hopend dat ik niet te lang moest wachten, want koude koffie…?

Onlangs lag ik voor enkele dagen in het ziekenhuis. De reden waarom was vervelend, maar toch zou het ook een geluk bij een ongeluk genoemd mogen worden. Die week zou ik mijn rolstoel wegens reparatie en een aanpassing een kleine twee dagen kwijt zijn, met aan bed gekluisterd zijn als logisch gevolg.

Terwijl ik uit logeren was, werd het karretje thuis opgehaald. Op mijn verzoek en na toestemming werd deze bij mij in het ziekenhuis afgeleverd. Niet alleen had ik nu de mogelijkheid om, eenmaal ontslagen, zonder ambulance weer thuis te komen, ook kon het aanpassen van de kuip doorgang vinden. De persoon de rolstoel begeleide was specialist en zou een begin hiertoe gaan maken. Het geval is dat ik in de loop der jaren enigszins, maar overduidelijk, scheef ben gegroeid. Iets met spieren, een voorkeurshouding en een afwezige rompbalans. Met alle gevolgen van dien, ook voor hoe ik in mijn rolstoel zit.

De ravage was flink en het kabaal niet minder. Een onalledaags tafereel, wel grappig om te zien. Het leidde tot nieuwsgierige en regelmatig geïrriteerde blikken, die vanaf de gang de kamer in werden gegooid! Dat een rolstoel aanpassen niet een proces van één enkele sessie is, maar het hebben van geduld vraagt, bleek wel toen ik de volgende dag weer thuis kwam.

Ondertussen had ik al ontdekt dat de kinbesturing niet meer goed stond afgesteld. Weer aan mijn tafel zittend bleek dat ik niet meer naar voren kon buigen, om te drinken. En die rietjes waren al zo lang.

Het komt vast goed. laat ik maar kalm blijven.

maandag 17 april 2017

Score


Het was er nog steeds druk, ook al liep het tegen vijven. De wedstrijd was al ruim een half uur afgelopen, maar de uitslag, in combinatie met een strakblauwe hemel hield de mensen tegen. In een ander geval vlucht men enigszins mopperend meteen naar auto of fiets om het leed liever zo snel mogelijk te vergeten. Aan de binnenkant van mijn ogen kon ik het plaatje uittekenen. Ik ben er immers zelf ook geregeld bij geweest. Soms in mineur, soms voldaan. Echter, als rolstoelfanaat treuzelen is niet verstandig, wanneer er een rolstoeltaxi op je wacht. Heus, hard wegrijden omdat je te laat bent, doet een taxi daar en op dat moment niet. Maar volgens mij doe je er goed aan om die jongens van de WMO-taxi te vriend te houden.

Ik staarde naar het plafond van de ambulance. Op weg naar het ziekenhuis rijden we langs het stadion. Zonder zwaailichten helaas, dan had ik nog een beetje indruk kunnen maken. De vrouw naast mij verteld wat ze ziet. Enkele minuten daarvoor, de gele taxi was nauwelijks onderweg, had zij gevraagd of ik de uitslag wilde weten. Eh…  ja, slechter kon ik mij toch niet voelen. Zwolle had Feyenoord op 2-2 gehouden. Even voelde ik warmte door mijn hart trekken, maar al snel werd dit weer overruled door rillingen.

Die ochtend werd ik wakker doordat twee ADL-ers mijn slaapkamer binnenstapten. Wat deden zij hier? Van een deurbel word ik anders heus wel wakker. Had ik in mijn slaap, dus onbewust om hulp gevraagd? Voor alle duidelijkheid: ik ben over het algemeen een vroege vogel Maar het was op dat moment al 10:00 en de aanwezige Fokusmedewerkers begonnen zich, met de ervaring uit het recente verleden, zorgen te maken. Terecht, zou blijken.  De thermometer in mijn poepert maakte duidelijk dat ik een flinke koorts had. Hoewel ik de oorthermometer prefereer, heb ik daar totaal geen vertrouwen meer in. Of ik mij nou goed of slecht voel, het scorebord staat hierbij altijd op 36. En zó evenwichtig ben ik volgens mij nou ook weer niet. Maar goed, ik had het ondertussen warm en koud tegelijk. Zweten èn rillen, een foute combinatie.  

Na verschillende bezoekjes van de wijkverpleging en eentje van een huisarts verder, afgewisseld met enkele uren slaap en een eerste tablet met antibiotica, viel het besluit. Dat wat ik niet wilde maar wel verwachtte gebeurde ook.Toch maar naar het ziekenhuis. De eerste nacht gaf de teller nog 40,5 aan, maar daarna ging het geleidelijk aan beter. In het ziekenhuis zou blijken dat ik wederom een urosepsis had, een bloedvergiftiging door een urinewegontsteking. Het derde jaar op rij, een traditie?

Maar de grootste schok die ik moest ondergaan, was toen ik meende op de afdeling ouderengeneeskunde te liggen. Toen ik al lichtelijk paniekerig begon te raken, kon ik gerustgesteld worden. Ik bleek de interne geneeskunde te vertegenwoordigen. Iets met een combinatie-afdeling. Vijf dagen later mocht ik weer naar huis. Dat was alleen al fijn om mijn gedachten weer aan mijn computer toe te kunnen vertrouwen. Wat kan ik anders doen dan denken?

Mijn hoofd is mijn tweede hart.

woensdag 5 april 2017

Fruit


(Dit jaar was ‘Verboden Vruchten’ het thema van de Boekenweek. Ik deed mee aan een, rond dit thema en door de NPO georganiseerde, schrijfwedstrijd voor amateurs. Resultaat: niet gewonnen, wel weer een mooi en meer dan spannend schrijfavontuur.)

Vers fruit, liefst ook nog zelf geplukt, is nog altijd lekkerder dan de soortgenoten waar in de winkel voor moet worden betaald. Of dat werkelijk zo is, hij wist het eigenlijk niet. Maar zijn herinneringen gaven hem deze overtuiging. De nectarines bijvoorbeeld, het waren de lekkerste ooit. Het was een houten krat vol, vlak daarvoor geplukt. Gekregen van een boer, op wiens erf ze enkele nachten mochten kamperen. Hij was 18 jaar en met twee vrienden ergens aan de Côte d’Azur. Tijdens een zomervakantie had een 2CV hen op de bonnefooi daarheen gebracht.

Ook de kersen, waarvan hij emmers vol had mogen plukken, waren goddelijk lekker. Toch? Hij was nog kind en met zijn ouders in de Vogezen op een camping a la ferme. Plukken stond vrij! Of de aardbeien, die hij enkele jaren later, vlak onder Parijs, onbeperkt mocht plukken. Hoewel hiervoor betaald moest worden. Maar dat ontdekte hij onlangs, bij navraag aan zijn ouders. Recenter waren het de bramen, zo’n 15 jaar geleden. Tijdens een fietstocht, samen met zijn kinderen. Wat kan de natuur toch lekker zijn.

Ondertussen is hij 46 en het plukken van fruit, in alle opzichten, verleden tijd. Volledig zorgafhankelijk is er alleen nog maar de herinnering aan dat vorige leven. Mocht dit dramatisch klinken, ondanks het kunnen relativeren klopt dat wel. Echter, ondanks de beperking blijft hij zichzelf nog steeds zien als een volledig mens. Er is immers niets letterlijk geamputeerd, al voelt dat soms wel zo. Hij kan alleen het hoofd en de nek nog bewegen. En een arm of been er af? Hij zal ze niet missen. De wens tot kunnen bewegen of bijvoorbeeld nog letterlijk vruchten te kunnen plukken, die heeft hij heus nog steeds. Maar het acceptatieproces is hierbij ondertussen ruimschoots gevorderd tot een soort van berusting.

Daarnaast heeft hij zijn andere gevoelens en verlangens, die nog wel volwaardig zijn. Behorend bij een volwassen man, gezond of niet. Toch? Het is de wens tot die ene arm om zijn schouder. Of, enkele gradaties verder, een droom over intimiteit, seksualiteit. Gedachten aan een vorig leven, toen hij nog een vrouw kon beminnen, doen nu pijn. Het is de gedachten aan het plukken van de verboden vruchten. Zijn fantasie werkt nog steeds en met zijn libido is ook niets mis. Iets met gewoon een mens zijn, die niet van beton is! Dat is niet altijd makkelijk, verre van! Zijn leven is immers een wereld vol zorgverlening en dat is nou eenmaal een beroep met voornamelijk vrouwen.

Kijk, voor alle duidelijkheid, het heet niet voor niets verboden vruchten. Hij weet wel beter. Natuurlijk, ook hij heeft zijn waardigheid en zijn realiteitszin. Maar wat doet hij toch moeilijk?! Daarvoor zijn er toch voldoende alternatieven. Hulpverlening voor mensen zoals hij, met wensen zoals hij heeft. Maar nee, want ook nu geldt dat hij liever zelf plukt dan ervoor te betalen. Die smaken immers lekkerder!

Hij weet ook, het gaat om de kern. De pit, ook al is het een prachtig gevormde verboden vrucht eromheen.