maandag 2 augustus 2021

Eigenwijs

ʽWat leuk om jou hier te zien. Dus je durft het wel weer aan, zo alleen, zonder begeleiding?ʹ Die zondagmiddag kom ik een bekende tegen. ʽWeet je dat ik hier totaal niet over heb nagedacht? Nou ja, nauwelijks.ʹ

Onlangs, het was lekker weer. Dusdanig dat de gemiddelde Nederlander die middag de wens had om naar buiten te gaan. Ook ik kreeg het plan. Op dat moment zou er vanaf mijn rechterschouder een engeltje in mijn oor moeten fluisteren dat ik maar beter thuis kon blijven. Zoals wel vaker het geval is, zou daaropvolgend vanaf mijn linkerschouder een duiveltje mij ervan proberen te overtuigen toch naar buiten te gaan. ʽGewoon doen als je daar zin in hebt.ʹ Wat de uitkomst zou zijn van deze redetwisterij? Ik weet het niet. Simpelweg omdat het niet heeft plaatsgevonden.

Nu, achteraf kan ik heel verstandig praten, sta ik nog steeds in een soort van spagaat. Wat zou op dat moment verstandiger zijn geweest. Enerzijds wil ik mijzelf echt niet opsluiten in mijn eigen huis, inclusief dat extraatje van 6 m² buitenlucht. Daartegenover staat het gevangen zijn op een fietspad. Alle vrijheid om te gaan waarheen ik wilde, maar desondanks geen kant op kunnen, omdat ik niet bij de kinbesturing kan.

Die betreffende middag ging ik dus enthousiasme en overtuigd naar buiten. Toegegeven, nog voordat ik de voordeur passeer bedenk ik hooguit in een flits dat dit misschien niet zo verstandig is. Maar ik zat goed in mijn stoel, dus gaan met die banaan. Voor de zekerheid nam ik de route over dat goed geasfalteerde en ellenlange fietspad. Wat kon mij nog gebeuren, dacht ik.

Nauwelijks tien minuten later kwam ik dus iemand tegen. Hé hallo, klepperdeklep. Vermoedelijk is het vriendelijk bedoeld, maar vermengd met een portie cynisme zou heel goed kunnen. Met dat ze mijn solistische actie benoemd, wordt er feitelijk een behoorlijk teer punt blootgelegd. Het is een confrontatie met mijn eigenwijsheid. Immers, wie verkondigd overal dat hij niet meer alleen op pad wil en zou moeten gaan? Ook tegen haar vertel ik goed te zitten en mij veilig te voelen. De logica om zonder begeleiding buiten te zijn spat er vanaf. Maar net op dat moment moet ik niezen, met de nodige gevolgen zal blijken. Want niezen betekent dat er een soort van schokgolf door mijn lichaam gaat. Als ik even later weer alleen ben en verder wil gaan, blijk ik niet meer bij mijn kinbesturing te kunnen. Met een onooglijke moeite keer ik om en ruim drie kwartier later ben ik weer thuis. Oh, wat was ik vrolijk! Dit doe je nooit meer, sukkel.

Voor enkele dagen later staat er een bezoek aan de huisarts. Die ochtend komt ook een pgb-er voor huishoudelijke ondersteuning. Verstandig geworden door bovenstaand avontuur, timmer ik alle risico’s dicht. Ik vraag de pgb-hulp om mee te gaan, besluit ik vooraf. Maar die ochtend ga ik toch maar in mijn eentje op pad. Het is maar tien minuten rijden en ik zit goed in mijn rolstoel. Bovendien is het zonde van mijn pgb-budget, redeneer ik nogal krom.

Er ging gelukkig niets fout onderweg. Dat ik eigenwijs ben moge duidelijk zijn. Verstandig zijn is best wel lastig.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten