In een gesprek met mijn dochters werd mij naar mijn verleden gevraagd. Wie en hoe was ik als kind, als jongere, daarna. Hun hele leven heb ik al MS. Wat voor Geert ging daarachter schuil? Voor hen ben ik in dat opzicht dus soms nog een onbekende.
Hoe dat komt? Mijn persoontje speelde hierbij de enige hoofdrol. Niet dat ik mijzelf dit nu nog kwalijk neem. Het verleden is nou eenmaal zo gelopen en ik heb wel mijn best gedaan. Toch heb ik steken laten vallen, vind ik. Over wie ik was en ben geworden, al dan niet noodgedwongen, had ik meer kunnen delen met hen. Maar ook heb ik nagelaten hun meer bij mijn ziekte te betrekken. Wat deed en doet mijn beperking met hen?
Praten is tegenwoordig niet meer mijn grootste hobby, schrijven wel. Een briefwisseling is dan ook een prima alternatief. Maar brieven? Het gaat hier natuurlijk over mailen of appen. Hoezo, een oude knar? Een bijkomend detail is dat ik inmiddels tig blogs heb gemaakt over mijn leven. Wat ik wanneer heb geschreven, dat weet ik niet meer. Hun naar mijn blogs verwijzen is dus geen goed idee.
Mijn leven is natuurlijk meer dan MS, ik weet het. Maar de ziekte heeft inmiddels wel een zeer overheersende positie. Feitelijk speelt het al veel langer een rol in mijn leven. Waar het begin ligt, weet ik niet. Laat ik het maar houden bij wat ik wel nog weet.
Ik herinner mij november 1987. Na die basketbaltraining op dinsdagavond heb ik een zwaar linkerbeen en idem linkerarm. Dat bleef, werd erger. Die vrijdag verwijst een huisarts mij naar het ziekenhuis, waar ik twee weken zal blijven. Die middag werden er frikandellen door vrienden naar binnen gesmokkeld. De volgende dag werd mijn bezoek van zeker 15 jongeren naar de wachtruimte gedelegeerd. Ik waggelde maar mee. Daar konden we tenminste roken. De diagnose was een ontsteking in mijn rechterhersenhelft. 12 jaar later werd dit uitgelegd als een eerste uitval door MS.
Ook herinner ik mij 1 september 1999. Om 12:30 moest ik de neuroloog in Groningen bellen betreffende de uitslag van onderzoeken. Had ik MS? Ik was op mijn werk, het Emauscollege. Daarna liep ik huilend terug naar mijn lokaal. Daar heb ik wat tafels omver getrapt. Van mijn directeur mocht naar huis. Gelukkig kon ik met iemand meerijden naar Zwolle. Mijn reactie en het feit dat MS en de mogelijke gevolgen daarvan nog nauwelijks bekend waren voor mij kan ik, achteraf gezien, niet helemaal rijmen.
Of dat ik per se wilde grasmaaien. Tegen beter weten in waarschijnlijk, maar iemand als ik moest dat toch nog gewoon kunnen? Dat ik daarna bekaf op de bank lag, nam ik kennelijk voor lief. Wyanne’s meer dan terecht geïrriteerde reactie, dat ik beter mijn energie kon bewaren voor de kinderen en voor haar, werd helaas nauwelijks ter harte genomen.
ik herinner mij dat ik in de stromende regen halverwege schuur en achterdeur struikelde en gezellig in een grote plas moest blijven zitten tot ik kracht had tot opstaan. Het ergste waren die twee koppies van de nog jonge Susanna en Rosa achter het raam, mij wanhopig aankijkend.
Ik herinner mij zoveel.
Wennen en verstandige MS-beslissingen leren nemen: dat kost meer tijd dan een diagnosegesprekje.
BeantwoordenVerwijderenNeem je t jezelf niet te hard kwalijk GJ?
Dank je wel voor je reactie. Sorry, ik lees het nu pas.
Verwijderen