maandag 28 mei 2018

Gevaar

″Hé mongool, doe niet zo gevaarlijk!″ Zoiets is ook wel eens gebruikt, maar over het algemeen is het gebleven bij ″u rijdt aan de verkeerde kant, hoor!″ of ″u bent hier niet in Engeland!″.

Soms worden mij opmerkingen toegeworpen terwijl ik mijn verkeersinzicht in praktijk breng. En zegt men niets, maar word ik wel aangestaard, dan lijkt het of ik de mensen er het hunne van hoor denken. Hoewel aan dat laatste waarschijnlijk enige twijfel ten grondslag ligt. Behalve dat ik zeker weet dat ik geen mongool ben, sta ik wel in dubio over de gemaakte opmerkingen. Misschien heeft men wel gelijk.

Het moge bekend zijn dat ik mijn elektrische rolstoel met mijn kin bestuur. Bij het op deze wijze bedienen van het stuurpookje schiet bij menig oneffenheid waar ik overheen rijdt de kin van de joystick af. Omdat mijn stille wens, dat heel Zwolle wordt geasfalteerd, toch nooit zal worden gerealiseerd, heb ik al vaak nagedacht over een anderzijds oplossing hiertoe. Het dagelijks aanbrengen van een dot secondelijm als verbindende factor is nogal omslachtig en bovendien te pijnlijk. Een helm dragen, waarbij ik zelf dacht aan een ijshockeyhelm, die verbonden is aan de joystick komt nog het meest in de buurt van uitvoerbaarheid. Maar het moge duidelijk zijn, zo’n helm komt er natuurlijk nooit!

Belangrijk detail, het gedoe met mijn kin heeft tot gevolg dat de rolstoel direct stilstaat. Om deze reden prefereer ik dan ook het rijden over asfalt boven een hobbelige straat met klinkers. En omdat ik ook niet achterom kan kijken om beter te kunnen anticiperen en ik weiger om achteruitkijkspiegels op mijn rolstoel te monteren, kies ik voor de in mijn ogen veilige weg: links rijden! Althans, meestal, want als mijn gevoel zegt dat ik beter gewoon rechts kan rijden, daar waar ik de situatie niet goed ken, dan doe ik dat.

Zover ik mij kan herinneren heb ik vroeger geleerd dat, wanneer men op de weg moet lopen, het veiliger is om links te lopen. Akkoord, ik loop niet, maar wel een soort van. Ik kan zien of er tegenliggers aankomen en daarop anticiperen. Tevens voorkom ik, wanneer ik opeens stil kom te staan, dat vlak achter mij rijdende fietsers of brommers tegen mij aan botsen. Wat de regels zijn weet ik eigenlijk niet. Ik kan anderen alleen uitleggen waarom ik voor dit ’gevaarlijk rijden’ kies.

Het gaat vrijwel altijd goed. Hooguit dus dat tijdens het passeren van tegemoetkomend verkeer mijn rijstijl een opmerking losmaakt. Een zeer enkele keer gebeurt het dat een fietser, die betrof tot nu toe altijd een persoon op leeftijd, pal voor mij stopt en aangeeft dat ik in de weg rij en dat ik mij naar de andere kant van de weg moet begeven. Bij deze mensen kan ik het gebrek aan anticiperen nog wel begrijpen. Zo ook als ik een kind vertwijfeld, ietwat slingerend aan zie komen fietsen. Maar in overige gevallen denk ik er het mijne van. Net als zij, vermoed ik. Wellicht ben ik wat star?

Trouwens, fietsers die mij niet zien aankomen omdat zij op hun smartphone turen vormen dan nog wel een groter gevaar op de weg. Ook voor mij!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten