woensdag 15 november 2017

Mijlpaal

Gevonden hoor! En in de pocket! Bij de voordeur geen hoge drempel, binnen ruimte genoeg en er is een lift naar boven. Chill hè! Echt, ik ben zo blij dat jij met alle gemak ook langs kan komen! Die kamers die ik tot nu toe kreeg aangeboden waren ongeschikt. No way, dan maar even verder zoeken.″ Suus is dolblij!

Nee hoor, lulkoek natuurlijk! Hooguit in mijn dromen hoor ik mijn dochter dit verkondigen. Zij heeft gelukkig andere, of beter, geen prioriteiten gesteld. Als een student deze überhaupt al openlijk kan stellen in een zoektocht naar woonruimte. Ik zou mij eigenlijk zorgen moeten gaan maken als zij daadwerkelijk alles aan de kant schuift om mij maar op haar kamer te kunnen laten komen. Eerlijk is eerlijk, dolgraag zou ik de mogelijkheid hebben om op haar studentenkamer langs te gaan. Al was het maar voor één keer. Maar anno nu zijn er diverse digitale mogelijkheden waarmee ik mij van achter mijn tafel in Zwolle met het grootste gemak al met één been in haar kamer kan wanen.

Was het op kamers gaan wonen aanvankelijk nog iets van latere zorg, want voorlopig zou zij heen en weer reizen tussen Zwolle en Groningen, binnen drie weken waren de plannen veranderd. Overvolle en vertraagde treinen, gecombineerd met dat wat het studentenleven kan doen met een jonge vrouw, maakten dat zij haar dagelijkse leven buiten de studie om ook in Groningen wilde voortzetten. Bij de derde of vierde kamer was het raak. Dat ik blij voor en trots op haar ben meen ik natuurlijk oprecht. Maar dat ene gevoel is er ook

Dat kinderen zich met de jaren verder ontwikkelen, dat gaat ogenschijnlijk vanzelf. Daar ben ik, ook gelet op mijn situatie, alleen maar blij om. Gelukkig was ik ook in mijn ziekteproces een laatbloeier. Dubbel hierbij is dat de kinderen eens zullen uitvliegen, ergens anders zullen gaan wonen. Het is zoiets als de dag waarvan je weet dat die gaat komen. ‘Loslaten is nou eenmaal moeilijk, Geert’ of ‘ Tja, kleine meisjes worden groot’. Het gaat verder dan de bekende oneliners, hoe waar die ook mogen zijn. Ik word weer even teruggeworpen op mijn ziekte, of eigenlijk het acceptatieproces daarvan.

In mijn nieuwe leven moest ik weer leren om in mijn eentje een bestaan te vullen, maar ook om een zelfstandig vader, co-ouder, te zijn. Naar omstandigheden is dit mij aardig gelukt, denk ik. Steken zal ik hierbij zeker hebben laten vallen. Het ouderschap was en is nog steeds een belangrijke invulling van mijn bestaan. De meiden werden groter en zelfstandiger. Eigengereider en unieker. Ik zag de meiden steeds minder. Ze kwamen heus wel langs bij mij, maar trokken logischerwijs hun eigen plan. Op een gegeven moment wilden ze hier niet meer slapen. Hun ’eigen’ kamer was immers drie minuten fietsen verderop.

Vanaf toen kwam het besef. Dat de toekomst van het vaker alleen zijn steeds dichterbij komt. Bang voor vereenzaming ben ik niet. De vanzelfsprekendheid van kinderen in de buurt verdwijnt. Dit acceptatieproces is allang aan de gang, maar is weer eens onderstreept.

Leuk, binnenkort maar eens naar Groningen. Een Kamer vanaf de stoep bekijken en daarna samen ergens wat eten!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten