zondag 14 mei 2017

Klagen



Jezelf afvragen hoeveel je nog kan verdragen. Iets dergelijks deed ik afgelopen dagen meermaals, soms de gedachten doorspekt met agressie. Zoals afgelopen donderdagmiddag, toen opeens de hoofdsteun van mijn rolstoel afbrak. En dat was niet het eerste brokje pech die week.
 
In een nanoseconde wist ik dat ik op bed zou moeten gaan liggen, totdat iemand dit zou kunnen repareren. Hopelijk nog diezelfde dag, want ‘s avonds wel de ik naar een concert gaan. Door genoeg relativerend vermogen te bezitten wist ik dit voorval een plaats te geven. Toegegeven, dat was achteraf. Ik weet donders goed dat ik blij mag zijn hier te wonen en niet in Syrië of Soedan. Waar heb ik het over, als ik denk aan Afghanistan, bootvluchtelingen, Boko-Haram, Feyenoord of het songfestival.

De Nervus trigeminus, of de driepuntszenuw. Het zenuwlichaam ligt op de lijn oog-oor. De onderste tak loopt uit naar de onderkaak. Daar uitten zich de pijnen, maar de oorzaak ligt dus ergens hoger in mijn schedel. Zo’n 14 maanden geleden was deze voor het laatst met een soort van overdosis gevloerd. Waarmee? Kweenie.

They’re back again! De zenuwpijnen zijn onverwacht en doen vreselijk zeer. Enkele weken terug diende ze zich voorzichtig aan. Kleine, hooguit irritante pijntjes, enkele malen per dag. Ja, dit was nog te behappen. Voor alle duidelijkheid: pas na enkele dagen durfde ik hier lichtelijk nonchalant onder te zijn. Want ook bij de lichtere categorie ellende ontstaat er een angst. Iets met stilte voor de storm. Ik durf mijn verleden met zenuwpijnen tot nu toe gerust een traumatische ervaring te noemen. Het feit dat ik thans de mogelijkheid tot zenuwblokkade heb, biedt een licht aan het einde van de tunnel.

Na een week verdwenen de lichte pijntjes ook weer. Waarschijnlijk een kwestie van geluk, want ik kan mij niet voorstellen dat de aangebrachte blokkade voor even stopt om zich daarna weer te herstellen. Het zou vast niet lang duren of het serieuze werk diende zich aan. Maar niets is zeker. Twee jaar geleden overkwam mij iets dergelijks. Daarna was ik echter nog een jaar lang verlost van het kwaad. Nee, ik klaagde niet. Dit keer had ik echter dus minder geluk.

Morgen mag ik weer voor een blokkade. De afgelopen weken was carbamazepine mijn basis. De pijnen waren daardoor minder vaak, maar net zo hevig. De vraag bleef: doet de medicatie goed zijn werk of zijn er gewoon minder pijnscheuten? Ik koos voor de medicijnen en voor het duf zijn als bijwerking. 

Afgelopen maandag, elf uur ‘s avonds. Ik schiet wakker en weet direct waarom. Mijn blaas zit overvol en dat kan maar één ding betekenen, katheter verstopt. Net als ik mijn mond aan het blaaspijpje boven mijn mond wil leggen om om assistentie te vragen, scheurt de hel weer door mijn kaken, onderwijl zit ik al flink een mijn onderbroek te zeiken. Hoe ongelukkig kan een mens zich voelen? Wat er aan de hand is, wordt aan mij gevraagd. Met mijn kaken op elkaar, laat ik een wijkverpleegkundigen komen. Arme zij, zo laat nog. Gelukkig was het niet voor niets en kon zij niets anders doen dan een nieuwe katheter aanbrengen.

Het concert die avond was geweldig.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten