″Nee, nog nooit! Ooit wel eens spacecake gegeten, maar dat deed mij niets, geloof ik. Jij wel dan?″ Aan een adl’er heb ik zojuist gevraagd of zij wel eens stoned is geweest. Mijns inziens is de vraag nogal onschuldig, maar ik vermoed dat niet iedere collega van haar deze zal waarderen. Intuïtief denk ik dat ik met haar een potentieel experimenteerster van doen te hebben. Al was dat lang geleden!
Waarom
deze vraag? Even daarvoor heb ik een sms’je gestuurd naar een vriendin met
daarin het zelfbeklag dat ik mij nogal stoned voel. Of ik mij ook werkelijk in deze gemoedstoestand begeef hoef ik mij niet af te vragen, ik weet wel
beter. Zelf heb ik geen ervaring met stoned zijn, maar het schijnt dat ik me in
die hoedanigheid zeer relaxt moet voelen en alles om heen zeer intens beleef. Ik
voel mij gewoon sloom, noem het zo duf als een konijn. Waarom ik mijzelf dan
als stoned bestempel? Ach, geintje. Iedereen overdrijft toch wel eens?
Dat
ik een sms’je stuur, geen appje, dient even uitgelegd te worden. Hoezeer ik ook
probeer om boven dit ‘dilemma’ te staan, er zijn immers belangrijker zaken om
je druk over te maken, stiekem baal ik er wel van. Ik ben oprecht dankbaar voor
de technologie onder mijn kont en dat ik met een mobieltje op mijn rolstoel altijd
bereikbaar ben. Maar sms’en is de max. Ik weet dat ik hierin niet alleen ben op
de wereld, maar desondanks voel ik mij wel een outlaw. Veel anderen hebben nog een keus. Ik heb hier niet bewust
voor gekozen. Een glazenbol heb ik niet, maar ik ga ervan uit dat ik gedoemd
ben om tot in de verre toekomst met sms tevreden te moeten zijn. Op een medisch
wonder hoef ik ogenschijnlijk niet te rekenen, op een technische verandering
misschien. Wie weet?!
Ik
weet niet in hoeverre de digitale ontwikkeling door mij overdreven of juist
onderschat wordt, maar naar mijn idee stamt sms’en uit de prehistorie. Wie met
zijn of haar tijd meegaat, die is immers in het bezit van een smartphone en
heeft WhatsApp gedownload. Een steekproef onder mijn dochters, mijn ouders en
enkele adl’ers wijst uit dat alleen mijn moeder nog wel eens een sms verstuurd.
Mijn vader doet niet aan sms’en, die loopt helemaal achter. Mijn ouders vergeef
ik het. Zover ik kan overzien doet de rest van de wereld om mij heen aan whatsappen.
Wanneer ik met bovenstaande iemand kwets, drie keer sorry!
Ooit heb ik, op het examenfeest ter afsluiting van de havo, één keer een hijs van een joint tot mij genomen. Nee, stoned ben ik dus nooit geweest en ik vermoed dat ik het nooit zal worden. Misschien dat ik ooit ga beginnen aan medicinale marihuana, maar ik weet het niet in hoeverre ik daar beneveld van wordt.
Tegen
zenuwpijnen in mijn kaken heb ik tot tweemaal toe een zenuwblokkade, ergens in
mijn hoofd, ondergaan. Deze is kennelijk weer uitgewerkt. In afwachting van een
nieuwe ingreep, dat zal binnenkort zijn, slik ik medicatie tegen de pijn. Daar
word ik flink duf van.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten