″Kijk, daar staat ’ie.″ Opgetogen maakt het meisje een hupje. Aan de
man achter het loket legt de moeder uit dat haar dochtertje gisteren haar
paarse krokodil is vergeten. Pontificaal, dus niet te missen staat deze in een
hoek, pal achter de medewerker. Desondanks haalt hij een formulier
tevoorschijn, welke de vrouw in blokletters ingevuld de volgende ochtend tussen
9.00 en 10.00 moet inleveren bij de dienst recreatie. ″Maar hij staat achter u.″ ″Tja…″ De man is onvermurwbaar. Het reclamefilmpje van
OHRA eindigde met de slogan ′Weinig rompslomp is
wel zo prettig′.
Dit
tenenkrommende tafereel kwam bij mij bovendrijven, nog geen minuut nadat ik
onlangs zelf met iets-wat-sterk-naar-bureaucratie-ruikt werd geconfronteerd.
Het ging om een taxiritje wat ik wilde boeken, maar wat niet lukte. Niet
vanwege een slechte telefoonverbinding en ook was er geen sprake van een gebrek
aan taxi’s of personeel. Het computer van de telefoniste kon echter mijn
aanvraag niet verwerken. Ik kon mijn eigen oren niet geloven, maar het was de
realiteit. Meteen belde ik nog een tweede keer. Misschien, lees: hopelijk, had
ik met een onervaren stagiair te maken? Toen ik wederom het antwoord kreeg dat ik
niet wilde horen, werd mij duidelijk dat het systeem daarachter gewoon niet
klopte. Het systeem der regeltjes bedoel ik dus.
Met
mijn familie had ik weer het tweejaarlijks samenzijn op het bungalowpark Groot
Stokkert te Wapenveld. Een oubollig en met het jaar aftakelend park, maar het
samenzijn is altijd leuk. Zoals iedere editie verblijft de rest daar in huisjes,
terwijl ik dagelijks op en neer pendel vanuit Zwolle, met een zogenaamde
WMO-taxi. De route kan ik ondertussen natuurlijk dromen: over de IJsselbrug ,
linksaf, door Hattem en 10 minuten verderop ben ik er. In Hattem rijdt het
taxibusje steeds langs restaurant ‘De wok van Hattem’. Dusdanig pal dat ik er
vanuit het taxibusje bijna naar binnen kan kijken. Of dit er in dit geval wat
toe doet? Jazeker!!!
Misschien
had het zo had moeten zijn, waarschijnlijk was het gewoon puur toeval. Als wij
op zondag ergens willen gaan eten, valt de keus op ‘De wok van Hattem’. Dan kan
ik met de taxi daarheen en van daaruit na afloop weer naar huis. Ideaal en
simpel tegelijk. Toch? Maar aan de telefoon blijkt dus dat ik mijn plannetje
niet kan realiseren. Ja, na het eten kan ik wel vanaf het restaurant naar huis, maar
de vijf kilometer van Wapenveld naar Hattem? Helaas!
″Dus ik mag, op weg
naar huis, wel langs het restaurant rijden, maar daar niet stoppen?″ ″Eeh, ja, sorry! Of u moet eerst
naar huis en dan meteen weer met een taxi naar het restaurant in Hattem.″ Ik
hoorde de persoon aan de andere kant van de lijn zich realiseren dat er iets
niet logisch was in die laatste opmerking.
De
vraag was dus hoe ik in Hattem kon komen. Een taxi via Valys, oftewel
interregionaal, kon ik ook niet reserveren. ″Sorry
meneer, daarvoor moet u niet bij ons zijn. Dat ritje valt binnen de regio
Zwolle, dat moet een WMO-taxi doen.″ Na een ″ja maar…″ bleef ik maar stil. Uiteindelijk heb ik
voor die 10 minuten een streekbus genomen.
Klinkt
best wel logisch toch?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten